maandag 29 maart 2010

Oostende herdenkt Hugo Claus



“Daar is mijn bestaan begonnen te vergaan”


Hugo Claus verbleef van 1948 tot 1950 in Oostende.
Tijdens die jonge jaren maakte hij er de sprong naar zijn eerste roman, gaf poëzie uit, ging er boksen en gokken, hield er zijn eerste expositie, leerde er zijn eerste vrouw kennen.
Zijn sleutelroman ‘De verwondering’ speelt zich trouwens in Oostende af.
Ook zijn voorliefde voor Ensor is bekend, getuige de slotstrofe uit het gedicht ‘Oostende’:


Scherper in het licht van het Noorden
Zie ik het kinderlijk gezicht
Van de meester van Oostende verdoken in zijn baard.
Hij was van kraakbeen,
Toen van was,
Nu in brons.
Het brons waarin hij
Glimlacht om zijn morsdode jeugd.


Op verzoek van Veerle de Wit (zijn echtgenote) en uitgeverij De Bezige Bij is er nu de eerste officiële Claushommage in organisatie van het jonge kunstencentrum aan zee Vrijstaat O. en de provincie West-Vlaanderen.
Bij een veelzijdig kunstenaar hoort in elk geval een divers programma.

Op vrijdag 16 april houdt de vermaarde letterenman Gerrit Komrij een Clauslezing.
De volgende dag wordt in het Ensorhuis de tentoonstelling ‘Claus en Oostende’ geopend (tot zondag 29 augustus). ’s Namiddags is er een literair-historische wandeling met ‘De verwondering’ in de hand met bekend acteursvolk als Chris Lomme, Hilde Van Mieghem, Johan Heldenbergh, Koen De Graeve, Joke Devynck en Bruno Vanden Broecke.
Toen Claus' wilsbeschikking werd bekendgemaakt, stond daarin de wens om voor de kust van Oostende verstrooid te worden. Om af te sluiten wordt daarom een ‘stille wake’ op het strand gehouden (met de blik naar de oneindige zee gericht) opgeluisterd door illustere woordkunstenaars als Ramsey Nasr, Erwin Mortier, Tom Lanoye, Connie Palmen, Leonard Nolens, Gerrit Komrij en Remco Campert. Bert Ostyn van Absynthe Minded gaat hen in deze dodenmars vooraf.

Stilstaan bij Claus
Men zegge hem voort.

Info: www.vrijstaat-o.be/