maandag 16 april 2007

In scherven van schitterend licht

Over het gedicht 'Poëzie is kinderspel'

Als je Lucebert leest, breekt de schaal van de moedertaal en dus de wereld feestelijk open en zweef je een uitdijend heelal binnen, een bandeloze balzaal van beelden, klank en muziek waarin alles voor het eerst gezegd kan worden en waar geen einde komt aan de eindeloze mogelijkheden om naar hartenlust te verwarren. Wij worden ontregeld, wij dansen radeloos over de verzen, wij verdwalen en horen een taal die wij nooit eerder hebben gehoord.

Poëzie is kinderspel en toch weer geen kinderspel. Eén ding is evenwel duidelijk: wat er wordt gezegd lijkt onvoorstelbaar, bijna profetisch belangrijk, alleen begrijpen wij het niet. Daarom is dit goede poëzie, omdat dit poëzie is die je hoofd met zijn hang naar houvast telkens doet duizelen en naar adem happen.

Een gedicht houdt ons geen verhaal voor, maar mogelijkheden. Een gedicht is geen gedachte verpakt in poëzie die je eenvoudig kan duiden als je gewoonweg in staat bent het eitje te kraken. Een goed gedicht heeft betekenis en die betekenis is het gedicht zelf. Als een gedicht valt samen te vatten als een idee of een gevoel, dan is het geen goed gedicht. Lucebert wilde niet dat zijn poëzie een illustratie was van een bepaald inzicht. 'Voor iedere dag is een andere stemming, elk ontwaken betekent een hergeboorte', schreef Lucebert al in 1947 nog voor hij zich werkelijk ontpopte als dichter.

Als lezer van Lucebert heb je geen houvast, geen poot om op te staan: alleen in het ongewisse spoor van de woorden, de klanken, de beelden kan je de bevrijdende kracht van die hergeboorte meebeleven of vrolijk ten onder gaan:

Lucebert lezen
is zich ontbinden
in scherven van
schitterend licht


Voor een sprankelende analyse met nieuwe doorkijkjes en onverwachte inzichten kan je terecht bij Gerrit Komrij op de volgende link:
http://www.kb.nl/dichters/lucebert/lucebert-komrij3.html

Geen opmerkingen: